Za 10/7/2010 :
Opstaan om 7uur: we worden het stilaan gewoon.
Ontbijt op onze kamer: deze keer met gewoon bruin en wit brood: superlekker! Geen verrassingen!
We vertrekken in Jasper voor een rit van 240 km richting Lake Louise.
Vanuit het Jasper NP (National Park) rijden we via de Icefields Parkway
of Highway 93 richting Bannf NP. Onze rit van vandaag zou de mooiste
van onze trip moeten worden. We zouden ook beren of andere dieren
moeten kunnen zien.
Het laatste is bij ”zouden” gebleven. Het eerste is meer dan waar
geworden. Volgens vake zouden de beren verplicht moeten worden om een
fluo-vestje te dragen, zo vallen ze beter op in het bos.
Super-mooi, ongelooflijk, niet vast te leggen op foto of op film… we
hebben het gezien, geroken, gevoeld en voor lange tijd opgeslagen op de
harde schijf van ons geheugen.
Pieter en Jeroen hebben wel geprobeerd om het ook op film en foto vast
te leggen. Onze fotograaf Pieter heeft zich met ons (gelukkig) digitaal
fototoestel eens goed laten gaan en maar liefst 322 foto’s genomen.
Daar zullen toch wel een paar goede tussen zitten zeker.
Onze eerste stop was bij de Athabasca Falls, nadien stopten we bij de
Sunwapta Falls. Bij de Athabasca Falls was het uitkijkpunt zodanig
aangelegd dat je de waterval vanuit alle richtingen kon bekijken. Op
één plaats werd je nat van het rondstuivende water. Enorm, wat water
met een grote massieve rots kan doen. De Sunwapta Falls waren veel
smaller en hadden nog diepere kloof gemaakt.
We hadden de Athabasca rivier al een hele tijd naast de snelweg gehad.
We kwamen nu eindelijk bij de Athabasca Glacier in de Columbia
Icefields. Vanop de snelweg zagen we een groep mensen stappen op de
gletsjer, we zagen ook de speciale bussen die toeristen over de
gletsjer brengen.
Vanop de parking was het nog even stappen via een uitgestippeld pad tot
aan het begin van de gletsjer. Op de infoplaten langs het pad werd
uitdrukkelijk gevraagd niet zonder een ervaren gids op de gletsjer te
gaan. Het zicht op de gletsjer was werkelijk fenomenaal. Langs het pad
werd ook aangegeven tot op welk niveau de gletsjer jaren geleden kwam.
Inderdaad, de gletsjer is al veel minder groot geworden onder invloed
van de opwarming van ons klimaat.
De volgende stop was langs het Waterfowl Lake. Schitterend blauw water, dennen en bergen… net een prentkaart.
Tijdens de picknick wordt het uitkijken voor eekhoorntjes. Ze zouden de
kaas van ons brood komen halen. Voor de rest poseren ze gewillig voor
onze fotograaf en cineast van dienst.
Peyto Lake wordt onze volgende stopplaats. We klimmen flink naar boven
om dan beloond te worden met een schitterend zicht op het mooiste meer
dat we hier al gezien hebben. Lichtblauw ligt het erbij in de diepte
tussen de bergen. De lichtblauwe kleur wordt veroorzaakt door het feit
dat het water alle kleuren van het zonlicht absorbeert behalve de
lichtblauwe, die wordt weerkaatst.
Het einde van onze rit is het stadje Lake Louise waar ook het
gelijknamige meer ligt. Eerst checken we in in ons hotel. Het lijkt op
dat van gisteren, elke kamer heeft zijn eigen buitendeur. Onze twee
kamers liggen naast elkaar op de tweede verdieping.
We pakken uit en rijden dan nog naar Lake Louise. Hoe toeristisch… in
tegenstelling tot wat we vandaag allemaal al hebben gezien. Het meer is
bijzonder mooi, de omgevende bergen ook maar het krioelt hier van de
mensen. Er valt amper een parkeerplekje te vinden.
We stappen een tijdje rond het meer, daar wordt het rustiger.
Nadien doen we nog boodschappen voor het ontbijt en de picknick van
morgen. Morgenvroeg gaan we al heel vroeg naar Moraine Lake kijken. Ook
ons ontbijt wordt picknick.